Afrika, de savanne, de eerste mensen… Een Column over een nieuwe theorie over hoe het allemaal begonnen is.
A story too good to be checked, wie kan daaraan weerstaan?
Onderzoekers van de evolutie en de oorsprong van de mens zijn er beducht voor: verhalen die plausibel klinken, over hoe deze of gene menselijke eigenschap geëvolueerd moet zijn omdat ze nuttig was voor onze voorouders op de Afrikaanse savanne – behalve dat er helemaal geen concreet bewijs is dat het écht zo gegaan is. Dergelijke verklaringen worden wel eens denigrerend ‘just so stories’ genoemd, naar het gelijknamige kinderboek van Rudyard Kipling, een collectie verhalen genre ‘Hoe de luipaard zijn vlekken kreeg’.
Als ernstige wetenschappers er beducht voor zijn, dan past het ook een wetenschapscolumn om enige terughoudendheid te betrachten. Maar het volgende verhaal over de oorsprong van de mens wil ik u toch niet onthouden. Omdat er wel degelijk een (piepklein) beginnetje van bewijs voor is, omdat het door ernstige wetenschappers is bedacht, omdat het niet zoals gebruikelijk gaat over wat zich afspeelde op die spreekwoordelijke savanne maar over waar die savanne zélf vandaan kwam, en omdat het gewoon verdomd goed gevonden is.
Want ja, hoe kwam Afrika eigenlijk aan zijn savanne, dat aangename grasland-met-bomen dat zo geschikt was voor de evolutie van een aap die rechtop liep, werktuigen gebruikte en hele avonden rond het kampvuur zat te roddelen? Het lag niet aan de komst van het gras, dat bestond al lang vóór de savanne zowat acht miljoen jaar geleden een flink stuk van Afrika inpalmde. Tot die tijd was de latere savanne nog grotendeels bedekt met woud.
Het kwam allemaal, zo denkt Brian Thomas van de Washburn University in Kansas, doordat er acht miljoen jaar geleden een ster ontplofte, niet te ver uit onze buurt in de ruimte. Bij een dergelijke ‘supernova-explosie’ baadt de ruime omgeving even in verzengende kosmische straling en wordt ze overspoeld met radioactief afval.
Wanneer die hoogenergetische straling in de atmosfeer van de aarde doordrong, moet ze hier atomen in de lucht geïoniseerd hebben – dat wil zeggen dat ze ‘micro-vonkjes’ opwekte. De aanwezigheid van veel geïoniseerde atomen in de lucht vergemakkelijkt waarschijnlijk het ontstaan van bliksem (een hele grote vonk). Er zou dus tijdelijk veel meer bliksem zijn geweest, en daardoor veel meer bosbranden, die een flink stuk van Afrika in de as legden.
Na een grote bosbrand keert het gras snel terug, maar wouden doen er veel langer over. Als slechts een klein stukje bos afgebrand is en het omringende gebied blijft bebost, dan keert het bos na enkele jaren ook weer terug. Maar als een heel groot gebied tegelijk in de as is gelegd, dan krijgt het gras de kans om zijn heerschappij stevig te vestigen. En de rest is geschiedenis: in de savanne die het resultaat was, kon de mens zich ontwikkelen.
En nu het begin van bewijs: aardlagen van acht miljoen jaar geleden bevatten opvallend veel ijzer-60 (een zware en radioactieve variant van ijzer). IJzer-60 wordt inderdaad gevormd en verspreid bij supernova-explosies…
Dat bewijst natuurlijk hooguit het eerste stuk van het verhaal, maar het is een begin. È ben trovato.
Deze column is op 2 december 2017 verschenen in De Tijd.