Een toost op de zeedijk

Dat de zeespiegel stijgt maakt geen indruk op de Vlaming. Maar misschien de bierprijs? Een column.

Daar komt het water.

De Zandrekenaar heeft een stukje van de voorbije recordverpulverende nazomer doorgebracht temidden van de zandkorreltjes aan onze kust. Aan het zand was gelukkig niet veel veranderd sinds zijn vorige bezoek aan dezelfde plek, een klein jaar geleden. Wél veranderd was de zeedijk. Die bleek helemaal heraangelegd. De oude gebarsten tegels zijn verdwenen; sierlijk gebogen nieuwe plantenbakken verfraaien het uitzicht en maken het parcours interessanter voor de gocarts.

Wat evenwel níet is veranderd aan de zeedijk, is zijn hoogte. De nieuwe dijk bevindt zich op precies dezelfde plaats en is precies even hoog als de oude.

Je zou zo denken dat het een kleine moeite is, als de dijk dan toch heraangelegd wordt, om de nieuwe wat hoger te maken dan de oude. Kwestie van alvast wat extra jaren beschermd te zijn tegen het stijgende zeeniveau. Af en toe de dijk wat verhogen, nieuwe flatgebouwen alvast op een wat hogere sokkel zetten, dan zou het niet zo moeilijk zijn om gelijke tred te houden met het wassende water. Maar zo werkt het natuurlijk niet. Vlamingen blijven koppig bouwen waar ze altijd gebouwd hebben.

Een VN-rapport waarschuwt intussen dat door de opwarming van het klimaat een zeespiegelstijging van zes tot acht meter op termijn haast niet meer te vermijden is (en dat is dan nog in de veronderstelling dat we snel behoorlijk doortastende maatregelen nemen om de CO2-uitstoot te reduceren). Maar dat maakt allemaal geen indruk.

Akkoord, een dergelijke stijging is nog niet iets voor de eerste decennia (nu stijgt het water nog maar een drietal millimeter per jaar), maar vroeg of laat zullen we de keuze moeten maken: ofwel een goed deel van West-Vlaanderen ontruimen ofwel een acht meter hoge muur op de zeedijk. Je kunt je zó voorstellen wat een zekere graaf en kustburgemeester van deze opties vindt. Die zou wellicht liever gewoon in de stijl van koning Knoet tegen de zee zeggen dat ze haar plaats moet kennen.

Wetenschappelijke rapporten over de stijging van het zeeniveau volstaan duidelijk niet om de Vlaming tot actie te bewegen.

Maar misschien kan een ánder wetenschappelijk rapport dat wel. Wetenschappers uit China, Mexico, de VS en Groot-Brittannië doen in het jongste nummer van het vakblad Nature Plants de alarmerende voorspelling dat de opwarming van het klimaat wereldwijd de oogst van gerst bedreigt, en dus ook de productie van bier. Dat zal leiden, verwachten ze, tot scherpe prijsstijgingen voor het gerstenat. Van drie maal tot zelfs acht maal duurder, gecorrigeerd voor de inflatie. En er is geen sprake van dat boeren, aangemoedigd door de hoge prijzen, méér gerst zouden gaan verbouwen, want de schaarse grond zal evenzeer in trek zijn voor alle andere soorten gewassen, die óók veel duurder worden. Als essentiële gewassen, zoals tarwe en rijst, voorrang krijgen, dan dreigen luxeproducten als bier astronomisch veel duurder te worden.

Of betekent dat gewoon dat het dan afgelopen is met de frigoboxtoeristen die met een blik bier bovenop de verhoogde zeedijk van Knokke komen zitten?

Deze column is op 20 oktober 2018 verschenen in De Tijd.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *